In 2012 leerde ik Borbala Szabo kennen, een Transsylvaanse vrouw die op dat moment al enige jaren in Nederland woonde, en na de val van de regering Causescu naar Nederland was gekomen. Ze vertelde dat ze in Praid, in Transsylvanië een boerderij in haar bezit had en heel graag een ecologisch centrum daar wilde beginnen.
Geraakt door haar droom en vanuit een natuurlijk gevoel van betrokkenheid reisde ik in juli j.l. via Boedapest naar Praid, een klein stadje bekend om de gigantische zoutmijn, in het hart van Transsylvanië. Ik had me nooit zo verdiept in het ver- van- mijn bed-land Roemenië. Het is er arm, is meestal een van de eerste dingen die mensen zeggen. Maar wat is “arm”? Ik trof er een rijke cultuur en mensen die hun diepe verbondenheid met de Aarde nog altijd koesteren. Is dat geen rijkdom van hart en ziel? Ik vond het jammer dat ik niet kon communiceren met de mensen daar, vanwege de twee onbekende talen; Hongaars en Roemeens. Transsylvanië werd ten tijde van de 1e wereldoorlog toegevoegd aan Roemenië. De Hongaarse taal, cultuur en volksaard is nog altijd overheersend daar.
Transsylvanië, “het land tussen de wouden”. Hoge bergen en als het ware van alle kanten omarmd door de Karpaten. Hoge bergflanken met oude en mooie bossen, kastelen, wilde dieren die tot onze verbeelding spreken, beekjes en rivieren en daar tussendoor de heuvelachtige vlakten met de boerendorpen waar de tijd lijkt stil te staan.
Land met een lange geschiedenis van cultuur. Je vindt er de zonnetempels uit de Romeinse tijd en de vele kunst e.a. cultuurschatten van het grote Ottomaanse rijk. En vooral ook de vele tradities en oorspronkelijke rituelen en feesten. Hierin wordt de diepe verbondenheid met de grond, de vruchtbaarheid van het land, de seizoenen en de levensgang van een mens uitgedrukt en gevierd. Een diep religieus volk ook, getuige de vele kloosters, kerkjes van verschillende denominaties en kruisen langs de weg.
Ik werd getroffen door de harmonie van het bewonen van het land. Boerendorpen tot hoog in de bergen. Erven die vol stonden met fruitbomen, groenten en mais en de vele kruiden. De tijd van oogsten was daar en de grote inmaak stond voor de deur. Zo wordt alles opgeslagen en bewaard voor de lange wintermaanden, als de sneeuw er meters hoog ligt. De mensen leven met de seizoenen, ze hebben er zelfs hun woonplaats aan aangepast.
Het kleine huis voor de zomer, het grote huis met de kachel en de schoorsteen centraal in het huis en de kamers om te spinnen, weven, strohoeden te maken en waarschijnlijk veel bij elkaar te zijn en de vele volksverhalen weer te vertellen. Zo voeden zij hun ziel met de wijsheid van Aarde en menselijke levensgang.
“Leef lang en sterf snel” ( volkswijsheid)
En dan de schuur voor het hooi in de schelften en de plaats voor hun koeien. Mensen die al eeuwenlang leven in een zekere harmonie en evenwicht met de Aarde. Een lokale zelfvoorzienende economie ook. Dienstverlening aan elkaar, de een bakt het brood, de andere repareert de auto en een volgende repareert je huis. En samen beheer je de bronnen van rijkdom van de natuur: de heuvels waarop gehooid wordt en de zeldzame stukjes grond die worden bewerkt voor graan om je brood van te bakken. Het leven in grote steden als Cluj Napoca en wat kleinere stadjes in de omgeving ziet er wel wat anders uit dan in de afgelegen dorpen.
Ik werd erg geraakt door de effecten van de klimaatverandering en opwarming van de Aarde. Op een hoogte van meer dan vijfhonderd meter was het dertig graden iedere dag en zo droog dat de putten begonnen leeg te raken. Onderweg, in de trein van Boedapest naar Transsylvanië zag ik al de verdroogde maisoogst op de grote vlakten van Oost-Hongarije. Op de berghellingen van de Karpaten waren de naaldbomen zo bruin als chocolade en dus allemaal verdroogd en dood. Heel het gebied tot in de Oekraïne daar ook in de buurt, heeft al twee zomers last van extreme droogte, terwijl andere delen van de wereld onder water lopen. Hoe zo, dat het allemaal wel meevalt. Ik heb de ongerustheid en angst van de boeren en de herders van het vee gevoeld. Ook vee heeft dorst!
Er was het intense contact met de helende kracht van de Aarde in Transsylvanië; de zoutmijnen in Praid. Diep onder de grond, meer dan vijfhonderd meter diep, kuren mensen. Je gaat er vier uur zitten en ademt de zoute lucht in. Het zuivert de luchtwegen. Dan de ervaring van het hete modderbad; zomaar ergens midden in het veld. Je lekker volsmeren met de zoute en warme modder, lekker laten opdrogen tot dat je als een kerstbal glinstert van de zoutkristallen en dan lekker afspoelen in een koel riviertje dat er stroomt. Vervolgens te voelen hoeveel je hebt losgelaten en in de ontspanning zakken! Of zwemmen in een zout meer bij het kuuroord dat er ontstaan is. Ik zie hoe er een hele traditie is van helende kruiden gebruiken en verwerken tot zalfjes, thee en dranken. Men is er vertrouwd mee, het hoort bij het dagelijkse leven. Zo ook de gewoonte om de dag te beginnen met een glaasje zelf gestookte pruimenjenever, de palinka, op je nuchtere maag. Om wakker te worden! Zij weten om te gaan met de zelf-helende kracht van de Aarde.
We zagen de oude steden met hun rijke geschiedenis en cultuur. Dan zie je weer dat je in het hart bent van het Oude Europa en hoe rijk en welvarend deze streken ooit geweest moeten zijn. Wat heel opvallend was en me geraakt heeft hoe de zigeuners daar vredig zij aan zij leven met de mensen. Ooit gekomen van verre streken, sommigen hebben inderdaad gelaatstrekken van mensen uit India, bouwen ze er hun grote kastelen. Of ze leven in zeer armoedige optrekjes aan de rand van de dorpen.
Een Internationaal Ecologisch Leercentrum in Transsylvanië?
In deze tijd van ecologische crisis is het belangrijk en hoogst noodzakelijk dat wij mensen van deze tijd, leren hoe je de Aarde zo kunt bewonen dat de aanwezigheid van de mens in de gemeenschap van alle leven, zoals die zich op die plek ontvouwt een weldadige aanwezigheid is. Dat de mens er volop leven kan tesamen met alles om hem heen. En dat de Aarde kan blijven voorzien in voedsel, heling, vervulling, wijsheid, orde en harmonie, bewaren van evenwicht van systemen en processen.
Deze kennis en wijsheid is niet meer vanzelfsprekend aanwezig in onze tijd van steeds meer economische groei ten koste van het evenwicht van de Aarde en van computers en andere technologische gadgets die alle aandacht van de mens opslorpen ten koste van het vergaren van Aardwijsheid. Met wie en wat zoekt de moderne mens eigenlijk verbinding?
In Transsylvanië is deze aardewijsheid, duurzame levensstijl volop aanwezig en natuurlijk. Ook daar zal de Nieuwe Tijd zich aandienen, maar dacht ik, wat zou het geweldig zijn als ze de tijd van economische expansie, consumptie en groei konden overslaan en vanuit het nu de transitie naar een duurzame samenleving kunnen maken.
Het is dan ook de visie van Bori en die haar zullen ondersteunen dat er een taak en uitdaging ligt om de huidige dorpssamenlevingen te ondersteunen en zelfrespect voor hun wijze van leven te versterken en ontwikkelen en mensen van daar te betrekken bij het doorgeven van de ervaringskennis die er nodig is voor de toekomst. Permacultuur waarbij ook het versterken van de lokale gemeenschappen centraal staat ( people care), bewaren van de ecologische wijsheid die er is, het bewaren van de prachtige cultuur en tradities die zo Aardeverbonden zijn. Mogelijkheden te over zagen we toen we in de kring zaten met een stel en dachten over de visie en doelstelling van een dergelijk initiatief.
In de dagen dat ik er was werd ik steeds weer geraakt: West Europa met alle berichtgeving en geharrewar over banken en economische crisis was nu een ver- van- mijn- bed- show geworden. Ook dit land met zijn bevolking en mogelijkheden is Europa en zijn onze broeders en zusters die verlangen naar de zekerheid van een ” goed leven” ( niet perse een leven van alle gemakken voorzien, want een goed leven duidt op de harmonie met de Aarde en de grond).
De Aarde roept in Transsylvania in al haar kracht en schoonheid en in haar overleven
Erf van Bori en thuis van het internationale leercentrum in Transsylvanië. Typisch Roemeens boerenerf, met klein huis en groot huis.
Mijn tweede reis naar Roemenië in 2013
De tweede helft van Juni was ik weer in Roemenië. Wat een verschil met het afgelopen jaar. Als we komen aan vliegen is alles zo groen, het prachtige glooiende landschap rond Cluj, in het westen net over de grens met Hongarije. Vorig jaar was er grote droogte, nu staat alles er goed bij en wordt een goede oogst voorzien. Het graan rijpt op de velden. Het voorjaar was laat, nu zijn de mensen druk met hooien. Achteraf bedenk ik dat ik amper een tractor heb gezien op de velden. Inderdaad, wat zo gemakkelijk wordt gezien als ouderwets is in feite een vooruitlopen op een toekomst zonder olie!
Ik ben er op verzoek van Borbala Szabo, een vrouw die lang in Nederland woonde en vanuit haar kleine boerderijtje wil werken aan ecologische bewustwording. En vooral ook naar vernieuwing en ontwikkeling in de dorpen. In de twee weken dat ik er was heb ik veel mensen mogen ontmoeten. Het is een hele klus om in contact te komen, want er is veel te overbruggen wat talen betreft. Omdat Transylvanië na de Tweede Wereldoorlog aan Roemenië werd toegewezen, wonen er hoofdzakelijk Hongaren. Daarnaast spreekt iedereen ook Roemeens, de taal van het land. Een heel ingewikkelde situatie. De oorspronkelijke bewoners voelen zich geen Roemenen en laten dat in alle toonaarden horen. Ze zijn zo trots op hun Hongaarse identiteit.
Mensen zijn erg op zoek hoe ze perspectief kunnen vinden voor de opbouw van hun land. De helft van de inwoners van Roemenië zijn in de afgelopen twintig jaar vertrokken. Van alle kanten lokt de globale economische ontwikkeling. Hoewel deel van de EU, willen ze kost wat kost de Lei behouden merk ik. De TV bericht er over.
Het valt me op dat je de uitersten vindt in Roemenië: van een generaties lang zelfvoorzienend leven in de dorpen tot de moderne ontwikkeling in de grote steden en alle verlokkingen van een moderne economie. Het is er allemaal. Maar ik ben me ook bewust dat ik enkel Transylvanië heb gezien en niet de rest van Roemenië.
Ik heb mijn beeld over dit land enorm moeten bijstellen. Als we de Nederlandse beeldvorming moeten geloven, dan is er overal ellende en armoede. Ja, ook maar het raakt me steeds weer hoeveel schoonheid en kunst er is. Kunst die zich uit in de wijze van inrichten van de eenvoudige huizen, de rijke tradities, de prachtige liederen en ballades. Ik zie hun diepe religiositeit.
In de gesprekken met mensen, vnl. vrouwen komt het er allermaal uit: nee tegen de globalisatie en daarmee het verlies van hun mooie tradities. Ze zijn blij dat de onvoorstelbaar harde tijd van het communistische regime over is. Tegelijkertijd voelen ze zich ook verloren. Toen was er voor iedereen werk en nu is er zoveel weggevallen. Ze klagen over de kwaliteit het onderwijs, de slechte prijzen die de doorgaans agrarische bevolking krijgt voor hun producten. Ze voelen dat ze samen moeten werken aan een lokale economie; coöperaties wantrouwen ze. Dat hebben ze lang genoeg meegemaakt. Wat is dan de vorm?
De laatste twee dagen in Cluj zie ik een moderne studentenstad met grote klinieken en tegelijkertijd een Zuid-Europese stad schitterend in de zomerzon waar mensen zich vermaken bij fonteinen en over de straten flaneren.
Je moet terugkomen zeggen ze. Om verder te zoeken naar inspiratie en visie bij de volgende stappen naar de toekomst. Er is een stap gezet, een basis gelegd voor de verdere uitbouw van ecologische bewustwording in de komende tijd. Vanuit hun diepe Aardeverbondenheid.
Als ik vanuit het vliegtuig het mooie glooiende groene land onder me zie verdwijnen voel ik hoe ik dit land en volk in mijn dankbare hart heb gesloten.
Elly Verrijt